23 Beroepen: toen, nu en straks

Och help... Meerdere malen gaven jongeren aan dat zij een beroep willen leren en uitoefenen, daarvoor een opleiding volgen en vervolgens tot de conclusie komen dat dat beroep niet meer bestaat. Of dat het zo veranderd is dat ze weer opnieuw naar een opleiding moeten om aan het werk te kunnen. Wat is er aan de hand?

In vroegere tijden werd alles met de hand en eenvoudige gereedschappen gedaan. Bijvoorbeeld een timmerman met zaag, hamer en schaaf, een 'klerk' (administratief medewerker) met pen, papier en inkt, of een 'zuster' (verpleger) met verband en schaar. Het was ambachtelijk werk.

Nu zijn er machines, robots en softbots die het routinewerk overnemen, sneller zijn en minder fouten maken. Zelfs het nadenken wordt overgenomen door AI, oftewel kunstmatige intelligentie.
Beroepen veranderen snel, zo snel dat werkenden opnieuw naar school of bijscholing moeten gaan om aan het werk te blijven. Of dat zij van beroep moeten veranderen willen ze nog hun brood verdienen. Zij hebben niet meer, zoals vroeger het geval was, levenslang eenzelfde beroep. Ook zij moeten voortdurend veranderen.

Wat betekent dit voor “bovenbouwers” die overstappen naar het voortgezet onderwijs en daarna een beroepsopleiding volgen? Heel veel.

In dit project worden de leerlingen mee op reis genomen om te ervaren hoe het werken vroeger ging, hoe het nu gaat en wat hen te wachten staat in te toekomst. Ze leren dat een mens specifieke eigenschappen en vaardigheden kan ontwikkelen om zich te kunnen handhaven in een steeds (sneller) veranderende wereld.

'Beroepen: toen, nu en straks': een project waarin leerlingen beleven, ervaren en leren.